Tien vragen voor onze nieuwe pastoor

Nieuws

Hij is volop bezig met de inrichting van zijn pastorie en met zijn verhuizing van het zuiden van de provincie naar het noorden. Maar wanneer we hem vragen om het werk even te onderbreken voor een interview met Kerk&Leven en de website van de Emmaüsparochie, zet onze nieuwe pastoor Filip Vanbesien onmiddellijk de dozen neer en neemt hij de tijd om rustig onze vragen te beantwoorden.

– Je bent 55 en hebt dus al een heel traject achter de rug. Wil je je voorgeschiedenis even delen met ons?

In 1986 ben ik priester gewijd. Eerst werd ik leraar en verantwoordelijke voor het internaat van het VTI in Waregem. Lesgeven deed ik en doe ik zeer graag. Jonge mensen kunnen meenemen in het grote verhaal van het evangelie en laten zien en voelen en horen dat het Jezusverhaal ook vandaag kan blijven leven. Een school is eigenlijk ook wel een kleine parochie op zich: men leeft er het wel en wee mee met de families van leerlingen en leerkrachten.

Tijdens de weekends ging ik helpen in naburige parochies. Ik werd er proost van de Chiro van Beveren-Leie en daar leerde ik Marc en Nicole kennen. Zij waren er volwassen begeleider. Samen maakten we plannen en hebben we onze droom gestalte gegeven in Jericho, Tiegem.

Ik ben in 1997 verkast naar het Sint-Jan Berchmanscollege, omdat het dichtbij Tiegem was en dus combineerbaar met Jericho. In het weekend ging ik helpen in Vichte en was ik vervanger als collega’s op reis gingen of op retraite. Na 20 jaar Jericho hebben wij dat project in schoonheid en in vriendschap beëindigd.

Toen heeft het bisdom mij gevraagd om naar de Emmaüsparochie te komen. Ik heb ‘ja’ gezegd. En zo beland ik hier…

Tiegem en Jericho

– Je hebt het over Tiegem en Jericho. Voor Bruggelingen zijn dat niet zo’n bekende namen. Wil je even aangeven waar dat project voor staat?

Marc & Nicole en ikzelf wilden iets ‘DOEN’. Vanuit ons geloof in de boodschap van het evangelie, ons geloof in mensen, vooral jonge mensen, en tegen alle negativiteit in. Onze gemeenschappelijke ervaring in de Chiro was de basis, met onder andere de spiegelteksten van Carlos Desoete – jawel! – als inspiratiebron.

Jericho werd, na veel zoeken en bezoeken, begonnen in het Domein Sint-Arnoldus te Tiegem. De paters Redemptoristen gingen weg en wij kwamen. We kregen een domein van 7 hectare in handen, een kapel, een vakantiewoning, een zaal, een cafetaria, een residentiewoning (waar Marc & Nicole gingen wonen), een speelplein, enz…

Marc en Nicole verkochten hun huis en namen hun intrek in de residentiewoning. Marc bleef werken, iedere dag op en af naar Brussel. Nicole verzorgde de permanentie en de reservaties en het onthaal. Zelf was ik er buiten de schooluren. En voor de rest deden we alles met vrijwilligers. Het domein en de kapel en de gebouwen. Alles moest opgeknapt en opgefrist worden. Er wachtte ons enorm veel werk.

Dat was de kern van Jericho. Mensen die samenkomen, niet om te ‘praten’ of te ‘vergaderen’. Wel om iets te doen samen. Jakobus, tweede hoofdstuk, indachtig, dat geloof zonder werken een dood geloof is. Wij vonden dat geloof vaak teveel blabla was maar te weinig gedaan werd. Vandaar…

Met de vrijwilligers werkten we, babbelden we, deelden we vreugde en verdriet. De KTIW (Katholieke Technisch Instituut werking van het VTI Roeselare) knapte onder leiding van collega-priester Pierre Clinquart de vakantiewoning op met leerlingen en oud-leerlingen. Voor het groen kregen we advies van de gemeente Anzegem.

De cafetaria werd gebruikt voor vergaderingen, babyborrels, barbecues, bezinningen, wandeltochten, enz.. In de kapel vonden veel dopen plaats en van Pinksteren tot eind augustus was er op zondag om 12 uur eucharistieviering, waar veel volk op afkwam. Het domein werd druk bezocht door gezinnen, jeugdbewegingen, wandelaars, gelovigen die een kaarsje kwamen branden,… Elke vakantie kwamen dagelijks mensen die het niet zo breed hadden om hun kinderen te laten spelen.

Maar vooral werd de groep vrijwilligers, in totaal meer dan 150 in de loop der jaren, een vriendengroep. Iedereen was er graag bij.

Ik kan nog enkele uren doorgaan…

– Van onderwijs naar parochiewerk is wel een grote overgang. Hoe kijk jij zelf tegen die overstap aan?

Ik gaf het al aan: een school is ook een beetje een parochie als je meeleeft met de gezinnen van de leerlingen en de collega’s. De sterke tijden kregen bij ons heel veel aandacht, en regelmatig hadden we vieringen en een sterke pastorale werkgroep. Dus samenwerken en beweging maken en het vuur er in krijgen is mij niet vreemd. En het gaat om hetzelfde evangelie, dezelfde Jezus en dezelfde God… Dus: praktisch misschien een beetje anders… maar aan en met geloof moet gewerkt worden, punt.

Wandelende parochie

– Wat roept de naam ‘Emmaüs’ bij jou op? Herken jij je in de keuze voor die naam voor onze nieuwe parochie?

Na het eerste gesprek in het bisdom waarin mij gevraagd werd om pastoor te worden van de Emmaüsparochie, ben ik thuisgekomen, en op Google Maps probeerde ik de weg van Jericho naar Emmaüs te gaan… probeer maar eens … lukt niet… ‘We kunnen geen routebeschrijving berekenen…’ Dus… is het een onbetreden pad dat ik ga? Is het ook onbekend terrein?

Ik kende Carlos omdat ik ook gepokt en gemazeld ben in de Chiro. En van nul beginnen, zonder dat ik iemand ken, lijkt me een uitdaging… En ik had begrepen dat men iemand zocht die kon ‘samenwerken met een grote groep leken’. ‘Jij kunt dat’ zeiden mijn vertrouwenspersonen.

En Emmaüs is voor mij… op weg gaan en merken dat je de essentie niet altijd ziet, en terugkeren en opnieuw beginnen… Met een cliché: ik hou van een wandelende parochie, met mensen die niet stilzitten maar voortdurend in beweging zijn en zich er ook bewust van zijn dat we ‘er’ nooit zullen zijn. Ik hoop vooral dat ‘ons hart mag branden’ als we samen aan het werk zijn.

– Je wordt nu pastoor eind augustus, maar had voordien toch al een aantal contacten, vergaderingen en vieringen met mensen van de Emmaüsparochie. Wat waren jouw eerste indrukken?

Mensen zijn overal mensen, in het zuiden of in het noorden van de provincie. De Emmaüsparochie heb ik in gesprekken met vrienden vergeleken met een rijdende trein. Het team draait en werkt goed en is talrijk. Ik moet alleen de juiste snelheid vinden om op die trein te springen en de reis samen verder te zetten. Ik heb er goesting in om met het team, en in het bijzonder met mijn confraters Paul en Carlos, er iets moois van te maken.

Een schakel in de grote ketting van Emmaüs

– Welke nieuwe of niet zo nieuwe klemtonen wil jij leggen in het pastorale werk in de Emmaüsparochie?

Ik denk dat we samen moeten werken aan een kerk van de toekomst, waar de vermindering van het aantal priesters juist een kans is opdat veel mensen willen meedoen. Ik ben maar een schakel in de grote ketting van Emmaüs. Ik ben een gastarbeider, een vreemde, een buitenstaander. Ik probeer me te integreren en één van u te worden.

Maar dé grote uitdaging is dat ons geloof en onze lokale kerkgemeenschap ‘plezant’ mag zijn. Iedereen die meedoet moet er deugd aan beleven, het moet een plezier zijn om deel uit te maken van de parochie… Geen competitie, geen concurrentie, geen vergelijkingen, geen conflicten die aanslepen, geen vetes die uitgevochten worden, daarvoor moet je op mij niet rekenen.

Wel: mensen samenbrengen en troosten en moed geven en blij zijn en lachen… vooral met onszelf. En in ons samenkomen weten dat Jezus zelf meestapt. Zonder Hem was ik hier niet.

– Heb je bijzondere verwachtingen ten aanzien van de mensen van de Emmaüsparochie? Waar hoop je op?

Geen echte bijzondere verwachtingen. Voor mij mag iedereen zichzelf zijn. Voor mij mag iedereen anders zijn. Maar ik hoop dat iedereen die met onze Emmaüsparochie in contact komt in een viering of vergadering of per toeval het gevoel heeft ‘we zijn gelukkig dat we er bij waren!’

– Je wordt pastoor van alle vijf de kernen die deel uitmaken van de Emmaüsparochie. Dat gaat om veel mensen en een vrij groot grondgebied. Hoe wil jij toch pastoor zijn van àlle parochianen van de Emmaüsparochie?

Door zoveel mogelijk naar de mensen toe te gaan en aanspreekbaar en bereikbaar te zijn. Ik woon in de pastorie van Sint-Baafs maar heb echt de ingesteldheid er te zijn voor iedereen van 8200. Ik hoop dat mensen niet nalaten mij te vragen en een beroep te doen op mij. Ik vraag ook een beetje tijd en een beetje geduld, want iedereen onmiddellijk ontmoeten, zal niet kunnen.

‘Minder volk maar meer mensen in de kerk’

– De tijd van de massakerk is voorbij. Onze gemeenschap telt minder gelovigen. Hoe kijk jij daartegenaan?

Met een boutade zeg ik soms ‘minder volk maar meer mensen in de kerk’. Ik heb de tijd van de ‘massakerk’ nooit gekend. Jezus begon met twaalf man op een zolder. Dus moeten we niet wanhopen.

Maar we moeten overtuigd zijn dat mensen perfect gelukkig kunnen zijn en een goed en mooi leven hebben, zonder te geloven. Daarom moeten we als kerk zeer bescheiden zijn maar tegelijk overtuigd dat we een zeer diepmenselijk verhaal schrijven met Jezus als inspirator. Kortom, we kijken en doen voort met de mensen die er wel zijn en er is geen heimwee of droefheid naar zij die er niet zijn.

– Veel vrije tijd zal er niet overblijven voor jou. Maar als je dan toch ‘s wat vrije tijd hebt, wat ga je dan doen?  

Ik heb een hond, Kobe, een boxer, die, samen met baasje, veel wil wandelen. Daarvoor is er in de streek veel bos. Ik ben een veellezer, een fietser, een muziekliefhebber – beetje spelen en veel luisteren. Ik ben ook sportliefhebber en volg de actualiteit op de voet. Maar zeker zal een concert en een toneel en een optreden mij aantrekken. Brugge als cultuurstad… ik wil er graag van genieten.

Dank voor je tijd, Filip. We hopen dat je je snel thuis mag voelen in 8200.

Tien vragen voor onze nieuwe pastoor