Sta eens stil: ‘God waar ben Je?’
‘Ontgoocheld zijn in iemand…’ is dat jou al eens overkomen?
Mij alvast wel, rotsvast geloof had ik in die mens en dan slaat hij
een andere weg in! Hij koos een levensweg die ik nooit van hem zou verwachten. Mijn vertrouwen spatte als een zeepbel uiteen!
Dit overkomt ook Johannes als hij in de gevangenis zit! Hij stuurt
een paar leerlingen naar Jezus met de vraag of Hij wel de Messias is.
Johannes heeft zich de komst van de Messias helemaal anders voorgesteld. Het zou een komst zijn met veel toeters en bellen, veel glorie en luister. Hij zou Koning zijn en orde op zaken stellen!
En wat ziet hij: net het tegenovergestelde. Jezus komt als een eenvoudige
mens, mens onder de mensen, vol begrip en liefde vooral voor hen
aan de rand. Hij is een afstraling van Gods goedheid en menslievendheid.
Zijn rijk is gebouwd op die twee pijlers! Hij bouwt zijn rijk op met zorg en
warmte voor al wie zwak is.
Zo komt Hij ook nu naar ons toe in vele kleine tekenen van mens tot mens: eenzaamheid doorbreken met een bezoekje, boodschappen doen met iemand die niet zo goed te been is, een lichtpuntje zijn voor iemand
die in zijn of haar leven geen uitweg meer ziet, een thuis zoeken voor vluchtelingen…
De eigentijdse vertaling van het evangelie is de zorg voor het geluk en het welzijn van de ander. Daarom staat in deze adventstijd ‘Welzijnszorg’
in de kijker. Zo stellen wij een teken dat het ‘Godsrijk’ ook nu nog komt, niet met geweld maar met tekenen van solidariteit, rechtvaardigheid en
herverdelen. Wat gij voor deze mensen doet, zegt Jezus, is het waarmerk van de nieuwe tijd. Daar is God te vinden!
Dan moeten we ons niet meer afvragen: God waar ben je ? Hij is er door
mensen die zijn leven proberen te leven!
Het Rijk van God komt met veel geduld, met kleine stappen en lange adem. Dat God komt met geduld en barmhartigheid, dat zullen ook wij nog moeten leren, net zoals Johannes de Doper het moest leren…
We moeten waakzaam blijven zodat we zien waar Hij te vinden is!
Christine
Word wakker!
Help mij waakzaam blijven, God,
op elk uur van de dag
en elk uur van de nacht.
Laat mij de deur van mijn leven
wagenwijd voor U open stellen
als ik U mag ontmoeten
in het gekwetste hart
van een broer of een zus.
Schud mij wakker
als het oppervlakkige in onze samenleving
mij in slaap heeft gesust.
Open dan mijn ogen
en geef mij de durf mijn leven te delen
met armen en kleinen.
Misschien dat U met Kerstmis
dan ook in mijn hart mens wilt worden.
(Erwin Roosen, Liefde maakt je mooi)